23 januari 2022

Er is vaak verbazing. Soms een vleug verbijstering. Twee kinderen verloren, en toch elke dag je bed uitkomen. Plannen maken voor de toekomst. Lachen met het kind dat leeft. Dan moet je wel heel sterk zijn.

Regelmatig krijg ik reacties van mensen die daar bewondering voor hebben. Ze luisteren met ingehouden adem. Weten even niets te zeggen. Schudden hun hoofd in ongeloof. Ze zeggen: hoe doe je dat?

Maar ik heb geen antwoord. Want sterk zijn is een misverstand. Ik ben niet sterk. Geen overwinnaar. Ik weet niet hoe zoiets moet. Hoe wij het doen. Soms is het gewoon maar doorleven, tot diep geluk je overvalt. Want dat is wat wij mensen doen. Soms.

Zo zijn er ouders die hetzelfde hebben meegemaakt, of er middenin zitten. Ouders die het helemaal niet meer zien zitten, en toch doorgaan, omdat het niet anders kan. Mensen zijn het. Gedreven door liefde.

Sterk zijn is een eigenschap geworden die je mag vieren. Een ranking. Van zwak naar sterk. En dan nog sterk, sterker en sterkst. Terwijl de waarheid is, dat geen mens alleen maar sterk kan zijn. Precies dat mag ook gezegd.

En laten we dat dan geen zwakte noemen. Want zwakte klinkt als iets dat er niet mag zijn. Terwijl juist zwakte de ideële basis is. Zwakte openlijk omarmen maakt misschien kwetsbaar, maar kwetsbaar is een voorwaarde voor sterk.